We kunnen de kleurvererving van grasparkieten indelen in drie
hoofdgroepen.
1 : Dominante vererving.
2 : Recessieve
vererving.
3 : Geslachtsgebonden vererving.
Hieronder zullen de drie hoofdgroepen nader worden behandeld.
1:Dominante
vererving Hierin bevinden zich de volgende kleurslagen |
||||
Dominant bont |
Spangle | Grijs | Violet | Geel masker |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
De dominante kleuren zijn het eenvoudigst te kweken.
Uit een paring normaal x dominant bont zal 50% van de jongen dominant bont zijn, de andere 50% normaal.
Uit een paring dominant bont x dominant bont mogen we de volgende kleurslagen
verwachten
25% normaal, 50% dominant bonten en 25% dubbel factorig
bonten.
De kleur dominant bont kan in bovenstaand verhaal vervangen worden door een andere dominante kleurslag.
De dubbel factorig bont of dubbel factorig spangle zullen geheel geel of wit
zijn.
Bij de dubbel factorig geelmasker zal het masker weer wit zijn.
Let op Sommige kleuren zijn niet altijd
zichtbaar. Bijv:
1-Geelmasker zal alleen zichtbaar zijn in de blauwfactor.
2-Violet alleen bij kobaltblauw.
3-De grijsfactor wordt in de groenserie grijsgroen.
Een vogel kan nooit split zijn voor een dominante kleur, maar deze wel verborgen
bij zich dragen
Bijv: een donkergroene violet, of een lichtgroene geelmasker.
2:
Recessieve vererving Hierin bevinden zich de volgende kleurslagen. |
|||
Blauwfactor | Recessief bont |
Grijsvleugel | Overgoten |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
De recessieve kleur blijft verborgen tenzij beide
ouders de erfelijke eigenschap bezitten.
Een groene vogel die de blauwfactor in zich heeft noemen we groen split blauw.
We schrijven groen/blauw, met het / teken wordt bedoeld dat de vogel split is.
De kleur die voor het / teken staat is zichtbaar aanwezig.
De kleur die achter het / teken staat is onzichtbaar maar wel aanwezig.
Uit een paring groen x blauw komen 100% groen/blauw vogels.
Paart men deze split vogels aan elkaar dan mogen we de volgende kleurslagen
verwachten 25% groenen
50% groenen/blauw en 25% blauwen.
Uit een paring groen/blauw x blauw kunnen we 50% blauwen en 50% groenen/blauw verwachten.
De kleur blauw kan in bovenstaand verhaal vervangen worden door een andere recessieve kleurslag.
3:Geslachtsgebonden
vererving Hierin bevinden zich de volgende kleurslagen |
||||
Lutino | Albino | Opaline | Cinnamon | Lacewing |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
De vererving van de geslachtsgebonden factor bevindt zich op
het
x chromosoom.
Deze geslachtschromosomen zijn altijd in een paar aanwezig, een man bezit 2x
chromosomen,
een pop 1x
en
1y chromosoom.
Omdat de man
2x chromosomen bezit zal hij altijd 1x chromosoom doorgeven aan zijn nageslacht. De pop
zal
1x of
1y chromosoom doorgeven aan haar nageslacht.
Een man toont de geslachtsgebonden factor pas als op de
2x chromosomen de factor aanwezig is.
Is de factor maar op 1x chromosoom aanwezig dan spreek men van split.
Omdat de pop maar
1x chromosoom bezit heeft zij aan
1 geslachtsgebonden factor voldoende om deze factor te tonen.
Daarom kan een pop nooit split zijn voor een geslachtsgebonden factor.
Hieronder zijn diverse paringen uitgewerkt ter verduidelijking.
Paringen | Te verwachten jongen | ||
Man | Pop | Mannen | Poppen |
Lutino | Normaal | 50%
Normaal split Lutino |
50% Lutino |
Lutino | Lutino | 50% Lutino | 50% Lutino |
Normaal split Lutino |
Normaal | 25%
Normaal split Lutino 25% Normaal |
25%
Lutino 25% Normaal |
Normaal split Lutino |
Lutino | 25%
Lutino 25% Normaal split Lutino |
25%
Lutino 25% Normaal |
Normaal | Lutino | 50%
Normaal split Lutino |
Normaal |
De kleur Lutino kan in bovenstaand verhaal vervangen
worden door een andere geslachtsgebonden kleurslag.
Let op
Poppen kunnen bij geslachtsgebonden
vererving nooit split zijn.